De programmabegroting 2020 en meerjarenraming 2021-2023 is structureel en reëel in evenwicht. Dat wil zeggen dat jaarlijks terugkomende lasten minimaal gelijk zijn aan de jaarlijks terugkomende baten en dat de ramingen volledig, realistisch en haalbaar zijn.

Het actualiseren en samenstellen van de begrotingscijfers heeft een positief effect gehad op het financieel perspectief t.o.v. de kadernota 2020. Het structureel geraamd resultaat is voor 2020 positief.. Ook het meerjarenbeeld 2021-2023 vertoont een structureel positief saldo.

In de volgende tabel laten we het verloop van de begrotingscijfers zien na de kadernota 2020 tot en met het structureel geraamd resultaat programmabegroting 2020 inclusief de ontwikkelambities. U neemt hierover een besluit bij de begrotingsbehandeling.

Toelichting op de tabel

Geraamd resultaat na kadernota 2020
De begrote cijfers na verwerking van de kadernota 2020 is op deze regel opgenomen.

Amendement kadernota OZB geen extra verhoging 2%
Tijdens de raadsvergadering van de kadernota is een amendement aangenomen om de voorgestelde extra verhoging OZB van 2% voor 2020 te laten vervallen. Dit betekent een nadeel voor de begrotingscijfers 2020 van € 360.000.

Raadsbesluiten mei t/m juli 2019
De raadsbesluiten van mei t/m juli 2019 hebben geen financiële gevolgen voor de begrotingscijfers 2020-2023.

Meerjaren investeringsprogramma kadernota 2020
Het meerjareninvesteringsplan (MIP) is bij het samenstellen van de begroting 2020 opnieuw doorgerekend. In de tabel maken we dit inzichtelijk door de lasten van het MIP 2020-2022 die in de kadernota 2020 waren opgenomen hier als een voordeel te laten zien. De nieuw berekende lasten zijn opgenomen bij de regel Meerjareninvesteringsplan (MIP) 2021-2023.

Meircirculaire
De financiële gevolgen van de meicirculaire 2019 en de aanpassing van de ruimte BCF-plafond naar 0 zijn opgenomen op deze regel. In de volgende tabel zijn de financiële consequenties van deze twee onderwerpen apart weergegeven.

Mutaties voorgestelde ombuigingskeuzes t.o.v. kadernota
Bij de kadernota 2020 zijn ombuigingskeuzes geïnventariseerd met een beoogd voordeel voor de begroting van ruim € 1,9 miljoen. Bij de nadere uitwerking van deze voorstellen blijkt dat de ombuiging voor het onderhoud vastgoed niet volledig realiseerbaar is. Daarnaast is tijdens de behandeling van de kadernota 2020 een amendement aangenomen om de voorgenomen ombuiging op de wettelijke publicatie in huis-aan-huisbladen niet door te voeren.

Ontwikkelingen bestaand beleid na kadernota 2020
De financiële gevolgen van ontwikkelingen bestaand beleid na kadernota 2020 bestaan uit financieel technische aanpassingen en overige ontwikkelingen bestaand beleid (zie volgende tabel).

De financieel technische aanpassingen na kadernota hebben met name betrekking op het verwerken van rente, afschrijvingen en btw compensatie. De grootste mutatie is de rente. Door meer geraamde inkomsten (grondverkopen) hoeven we minder leningen af te sluiten en dalen de rentelasten. Het grote verschil 2023 t.o.v. 2022 komt door aanpassing in de dekking van kapitaallasten. en levert een voordeel op voor het geraamde resultaat 2023.
Na vaststelling van de kadernota zijn er nog ontwikkelingen geweest op bestaand beleid. Het betreft o.a. de financiële gevolgen van de nieuwe rechtspositieregeling voor raadsleden, verwerken van de begroting 2020 van de Veiligheidsregio Brabant Noord Oost, meer uitbesteden aan de ODBN en tegelijkertijd verlagen van de interne formatie. Als gevolg van harmonisatie van het beleid en areaaluitbreidingen voor het beheer van de openbare ruimte zijn de beheerkosten gestegen met een bedrag van € 110.000 en door areaaluitbreidingen met € 30.000.

Geraamd resultaat programmabegroting 2020
Op deze regel is het geraamde resultaat te lezen van de programmabegroting 2020 en meerjarenraming 2021-2023.

Incidentele baten en lasten
Om te komen tot het structurele resultaat van de programmabegroting 2020 en meerjarenraming 2021-2023 elimineren we de incidentele baten en lasten uit de cijfers. Ter verduidelijking: elimineren van de incidentele lasten heeft een positief effect op het geraamd resultaat. Eliminatie van incidentele baten heeft een tegenovergesteld effect.

Structureel geraamd resultaat programmabegroting 2020
Het structureel geraamd resultaat is het geraamd resultaat zonder incidentele baten en lasten. Het structureel resultaat bepaalt o.a. de vorm van toezicht door de provincie. U neemt bij de begrotingsbehandeling een besluit over het vaststellen van de begrotingscijfers op deze regel.

Meerjareninvesteringsplan (MIP)
De kapitaallasten van de voorgenomen investeringen 2021-2023 zijn te lezen op deze regel. Hierover neemt u een besluit bij de begrotingsbehandeling van de programmabegroting 2021 en volgende jaren.

Structureel geraamd resultaat inclusief meerjareninvesteringsplan
Op deze regel is het structureel geraamd resultaat te lezen, als inderdaad in de toekomst besloten wordt de voorgenomen investeringen uit te gaan voeren.